“Een gezinswagen kost, als je de aankoopkosten spreidt over de tijd en brandstoffen en onderhoud mee in rekening neemt, makkelijk 800 euro per maand.”
“Het enige wat in België niet belast is, zijn de rendieren van de kerstman”, zei Georges-Louis Bouchez tijdens een van de vele aanvaringen met de federale onderhandelaars. Hij heeft overschot van gelijk. Van elke 100 euro die onze baas betaalt, gaat er 52,7 euro naar de staatskas. Ons land is daarmee wereldkampioen. Het gemiddelde in de 38 OESO-landen is 34,6 procent. Wie geen creatieve boekhouder heeft, wordt gepluimd nog voor hij kan vliegen. Natuurlijk zijn er achterpoortjes, maar vaak gaan die aan de deur van Jan met de pet voorbij. De salariswagen is daarop een uitzondering. Maar ook hier is er een ‘maar’.
Slimme belastingtruc of stiekeme budgetkiller?
Stijn Baert fileerde in ‘Het Laatste Nieuws’ de voordelen én valkuilen van de salariswagen. Hij geeft drie cruciale tips die je best in overweging neemt voor je volmondig “ja” zegt tegen je betaalde vierwieler. Spoiler alert: niet alles wat rijdt, is goud waard.
Waarom werkgevers salariswagens aanbieden
Eén op de zeven Belgen heeft ondertussen een salariswagen. Het is een fiscaal voordelige manier voor werkgevers om hun medewerkers extra te belonen zonder dat er meteen een fiscale aanslag op volgt. Voor de werknemer betekent het minder nettoloonverlies dan wanneer je hetzelfde voordeel in euro’s zou ontvangen. Maar is het altijd een win-win? Niet noodzakelijk, zegt Baert.
Tip 1: stel de juiste vragen – het zit ‘m in de details
Een salariswagen lijkt op het eerste gezicht een droomdeal. Een nieuwe auto, zonder dat je zelf naar de garage moet? Klinkt goed, toch? Maar voor je het contract ondertekent, moet je eerst goed weten wat je precies krijgt – en vooral wat je niet krijgt. Stijn Baert somt vijf vragen op die je áltijd moet stellen:
Welke wagens zijn beschikbaar?
Denk je dat je zelf je droomwagen mag kiezen? Think again. Vaak is het aanbod beperkt tot een specifieke catalogus. Als je een ruime gezinswagen zoekt en het aanbod beperkt is tot compacte stadsauto’s, kan dat een flinke domper zijn.
Wie mag er rijden?
Is de wagen enkel voor jou, of mogen ook je partner of kinderen ermee rijden? Dit verschilt per werkgever, en het is cruciaal om te weten hoe flexibel je met de wagen kunt omspringen.
Wat bij schade?
Ongelukje gehad? Check wie opdraait voor de franchise. Dit bedrag kan variëren van een klein bedrag tot een stevige hap uit je budget.
Wat met parkeren?
Heb je een parkeerplaats van je werk of moet je in de buurt zoeken (en betalen)? Jaarlijks kan dit honderden euro’s extra kosten.
Hoeveel bruto loon lever je in?
Bereken exact hoeveel brutoloon je moet inleveren voor die wagen. Hoe lager je loon, hoe groter de impact op je netto inkomen.
Tip 2: maak een eerlijke kosten-batenanalyse
Het grootste voordeel van een salariswagen is dat je zelf geen dure wagen hoeft te kopen. Toch is het belangrijk om alle financiële aspecten in kaart te brengen:
Lager nettoloon
Gebruik een bruto-netto-simulator om te berekenen hoeveel je salariswagen écht kost aan netto inkomen.
Minder vakantiegeld
Je vakantiegeld is gekoppeld aan je brutoloon. Minder brutoloon betekent ook minder vakantiegeld. Reken op een verlies van 20 tot 40 euro per maand.
Voordeel alle aard (VAA)
Je wordt belast op het voordeel van je salariswagen. Dat kost gemiddeld 100 euro per maand extra aan belastingen, afhankelijk van de CO₂-uitstoot en catalogusprijs van de wagen.
Extra kosten
Denk aan parkeerkosten, eventuele eigen bijdragen of onverwachte onderhoudskosten.
Een doorsnee gezinswagen kost je al snel 800 euro per maand als je zelf instaat voor aankoop, verzekering, onderhoud en brandstof. Met een salariswagen bespaar je vaak op die kosten. Maar als je geen tweede wagen nodig hebt of als je liever met het openbaar vervoer reist, is het misschien niet de slimste keuze.
Tip 3: denk aan je pensioen
Een salariswagen kan je op korte termijn geld besparen, maar wat met de lange termijn? Minder brutoloon betekent namelijk ook minder pensioenopbouw. Volgens Baert kan dat verlies oplopen tot 300 euro per maand tegen de tijd dat je met pensioen gaat.
Gelukkig kun je dat compenseren met pensioensparen of beleggingen. Via de derde pijler kun je tot 109 euro per maand sparen, waarvan je 25 procent terugkrijgt via belastingen. Overweeg ook om extra in te leggen in je groepsverzekering (tweede pijler) of te investeren in trackers.
Salariswagen: de afweging
Een salariswagen lijkt op papier een financieel slimme keuze, zeker als je anders zelf een wagen zou kopen. Maar het venijn zit in de staart: minder vakantiegeld, bijkomende kosten en een lager pensioen kunnen de glans van dat bedrijfsvoertuig snel doen vervagen.
Voor je ja zegt, is het cruciaal om alle kosten en baten af te wegen. Heb je de auto écht nodig? Kan je alternatief goedkoper reizen? En wat betekent het voor je financiële toekomst? Een salariswagen is geen cadeau; het is een deal waar je goed over moet nadenken.
(Foto: Pixabay)