Het schuift lekker als je stopt met politiek.
Onze zuiderburen zien onze politieke uittredingsvergoedingen met argusogen aan: voor de komende vijf jaar trekken vertrekkende Belgische parlementsleden maar liefst 40 miljoen euro uit de staatskas. Maar hoe regelen ze de zaakjes in onze buurlanden?
Nederland: strikte voorwaarden met een maximum van 247.000 euro
Bij onze noorderburen heet het ‘wachtgeld’. De Nederlandse aanpak is aanzienlijk strenger dan de Belgische. “De Nederlanders richten zich meer op de arbeidsmarkt, ook als het om hun politici gaat,” aldus professor Publieke Financiën Herman Matthijs in ‘Het Laatste Nieuws’. Een Nederlandse parlementariër verdient 8.889,89 euro bruto. In het eerste jaar na vertrek ontvangt hij of zij 80 procent van dit bedrag, het tweede jaar daalt dit naar 70 procent. De duur van de uitkering hangt af van de diensttijd, met een maximum van 3 jaar en 2 maanden. Zonder minstens vier jaar parlementaire ervaring kom je niet in aanmerking. Het Nederlandse plafond ligt op ongeveer 247.000 euro.
Een opmerkelijk detail: als Nederlandse politici na drie maanden niet solliciteren, moeten ze zich melden bij een loopbaancoach. “Bij ons zouden ze dat waarschijnlijk niet zo zien zitten,” grapt Matthijs. “Maar het is misschien zo gek nog niet. Wat moeten 68-jarigen als André Flahaut of Patrick Dewael nog met loopbaanbegeleiding?”
Frankrijk: 154.000 euro met een maandelijkse afdracht
Franse parlementariërs zetten maandelijks 1 procent van hun loon opzij voor hun uittredingsvergoeding. Hun systeem lijkt sterk op dat van de reguliere werknemers. Ze krijgen een maandelijkse vergoeding van 57 procent van hun brutoloon, variërend van 24 tot 36 maanden, afhankelijk van leeftijd. De totale vergoeding kan oplopen tot 154.000 euro. “In Frankrijk krijgen oudere politici langer een uitkering, maar het maandelijkse bedrag is lager,” licht Matthijs toe.
Duitsland: 190.000 euro volgens ons model
“Duitsland zit dichter bij ons systeem,” aldus Matthijs. Daar verdienen parlementsleden maandelijks 10.591 euro bruto. Voor elk dienstjaar krijgen ze een bruto maandloon, met een maximum van 18 maanden. Het Duitse plafond ligt net boven de 190.000 euro.
Europees Parlement: 241.800 euro met uitzonderingen
Een Europees Parlementslid verdient 10.075 euro bruto per maand. Na vertrek loopt dit maximaal 2 jaar door. Het Europese maximum bedraagt dus 241.800 euro. Ze genieten van een gunstiger belastingtarief en hun pensioen telt niet mee voor het Belgische plafond-Wijninckx.
Conclusie: België in de Europese middenmoot
België zit in de middenmoot met een maximum van 253.000 euro sinds 2014. Een uittredend parlementslid heeft recht op twee maandlonen per dienstjaar, met een maximum van 24 maanden. “Onze vergoedingen zijn iets hoger, maar beperkter in duur,” zegt Matthijs. Bovendien zijn de totale kosten hoger in Duitsland en Frankrijk. “Europese harmonisatie is onwaarschijnlijk en wat krijgen we dan? Het meest royale systeem van het Europees Parlement? Daar zouden ze in België voor tekenen,” besluit Matthijs met een knipoog.