“Het is opmerkelijk hoezeer linkse en rechtse mensen in psychologisch opzicht van elkaar verschillen.”
Op 22 november gaan de Nederlanders naar het stemhokje. Op minder dan 3 weken voor dit feest van de democratie worden traditiegetrouw de grote kanonnen bovengehaald om de kiezer te beïnvloeden. Zenders organiseren grote debatten om de kijkers in staat te stellen een mening te vormen. Kranten komen met informatieve opiniestukken zodat je weet wie waar voor staat. Er worden zelfs wetenschappelijke studies van onder het stof gehaald om aan te tonen waarom wie op wie zou kunnen stemmen. “Stem je op een rechtse partij dan ben je eerder minder empathisch en minder emotioneel intelligent. Dat blijkt uit een nieuwe Vlaamse studie van professor psychologie Alain Van Hiel (UGent)”, lezen we in de Nederlandse pers. Nu ja, de studie van onze eigenste professor psychologie Alain Van Hiel (UGent), dateert al van 2019, dus echt nieuw kan je ze niet noemen.
Mensen die rechtsgezind zijn, blijken eerder lager te scoren op tests van emotionele bekwaamheden, zo stond in de publicatie van professor Van Hiel en zijn team in vakblad Emotion. Van Hiel en co. onderwierpen via een representatieve steekproef 983 Belgische volwassenen aan een reeks tests waarin hun politieke overtuigingen en hun emotionele en cognitieve vaardigheden uitgebreid onderzocht werden.
Resultaat: wie slechter omgaat met emoties en dus emotioneel ‘minder intelligent’ is, neigt hoger te scoren op ‘rechts-autoritair denken’ en op ‘een voorkeur voor sociale dominantie’, wat de twee bouwstenen van een rechtse ideologie zou zijn. “De resultaten verduidelijken dat wie minder emotionele capaciteiten heeft, vaker aangetrokken is tot rechts”, aldus Van Hiel. Vooral in emoties herkennen, empathie en evenwichtig omgaan met de eigen emoties zouden aanhangers van rechts minder goed zijn dan wie aangetrokken is door politiek links.
Van Hiel merkte op dat het opvallend is hoezeer linkse en rechtse individuen zich psychologisch van elkaar onderscheiden. "In de afgelopen decennia is er een rijke onderzoekstraditie die ons heeft doen beseffen dat mensen die geneigd zijn tot zwart-witdenken en een ietwat lager IQ hebben, vaak meer geneigd zijn om rechtse standpunten te omarmen. Echter, de emotionele verschillen tussen hen waren tot nu toe niet uitvoerig geanalyseerd." Van Hiel stelt: "Mogelijk vormen deze emotionele verschillen de drijvende kracht, de diepgewortelde basis van de cognitieve verschillen."
Volgens Van Hiel zou dit helpen verklaren waarom eenvoudige boodschappen die doorgaans complexe feiten negeren en vijandigheid jegens anderen bevorderen, aanslaan bij een deel van de bevolking. Hij wijst erop dat deze communicatiestijl momenteel populair is en deels de schijnbare overheersing van rechtse politiek en de onmacht van links verklaart. "Nuance, empathie en diepgaand begrip zijn vandaag niet in de mode, zowel in de media als op andere maatschappelijke terreinen."
De professor benadrukte destijds echter wel dat voorzichtigheid geboden is bij het trekken van al te simplistische conclusies uit dit onderzoek. "Het betreft een bescheiden verband dat niet oorzakelijk is. Het feit dat iemand rechtse standpunten aanhangt, maakt die persoon niet automatisch minder intelligent, en omgekeerd betekent links stemmen niet per definitie dat je slimmer bent."
We zijn benieuwd hoe intelligent de Nederlandse kiezer op 22 november zal zijn.
Foto: screenshot AD
