“Ik wou niet toelaten dat onze marine niet over volledig uitgeruste schepen zou beschikken.”
Sinds de oorlog in Oekraïne krijg je de aankoop van nieuw wapentuig moeiteloos verkocht aan de bevolking. Onze Vlaamse zangers zijn teveel bezig met hun portemonnee om een protestliederen te bedenken, en de publieke opinie is zo gemasseerd dat iedereen ervan overtuigd is dat een beter, sterker, en duurder leger een absolute must is.
En dus is het feit dat de aankoop van nieuwe oorlogsschepen 800 miljoen euro duurder uitvalt dan verwacht, slechts een detail. De Franstalige oppositiepartij Les Engagés trekt wel aan de alarmbel. Maar minister van Defensie Ludivine Dedonder (PS) sust met een economische return voor de Belgische economie. “
Ik heb ervoor gekozen om de Belgische fregatten volledig te laten uitrusten met bewapening en sensoren, identiek aan de Nederlandse oorlogsschepen”, zegt onze minister van Defensie Ludivine Dedonder (PS) in ‘Het Nieuwsblad’. “Die kosten waren niet voorzien in de oorspronkelijke budgettering. Maar ik wou niet toelaten dat onze marine niet over volledig uitgeruste schepen zou beschikken. Daarbovenop komt de inflatie die de materiaalkosten doet oplopen.”
Bovendien zou Dedonder een deal hebben gesloten met de Nederlanders, die de producent zijn van de oorlogsschepen. Zij hebben beloofd om voor 355 miljoen euro te komen shoppen in onze ’defensie-industrie’.
“Wat als we die economische return niet krijgen, zoals bij de aankoop van de F-35-gevechtsvliegtuigen?”, vraagt Kamerlid Georges Dallemagne van ‘Les Engagés’. “Van de beloofde 3,69 miljard euro economische return bij die aankoop, vloeide voorlopig slechts 700 miljoen return naar de Belgische industrie.”
De Wetstraat vindt dat we niet moeten neuten en bovendien: “Het gaat hier ook over vertrouwelijke informatie. Een aantal zaken zoals de zakelijke onderhandelingen en de wapendetails, blijven best geheim.”
Hoezo?