Dankuwel Europa!
Bart De Wever zit nog maar net zijn premierstoel, of hij krijgt al de rekening gepresenteerd. Van de 3 miljard euro die Europa eist aan saneringen, zal hij in het beste geval de helft kunnen waarmaken. En dat terwijl defensie op de spreekwoordelijk deur bonkt en meer, meer en meer eist.
Een begrotingshoofdpijn van formaat
De federale formatie was een lange lijdensweg, en dat laat zich nu voelen in de kasboeken. 2025 dreigt een verloren jaar te worden voor de Belgische begroting. De regering-De Wever rekent op een sanering van 1,5 miljard euro, terwijl Europa had gehoopt op het dubbele. Met dank aan een combinatie van trage onderhandelingen, oplopende defensiekosten en een paar torenhoge gokjes op toekomstige opbrengsten.
Defensie
Minister van Defensie Theo Francken (N-VA) en legerchef Frederik Vansina laten er geen twijfel over bestaan: België moet sneller richting de NAVO-norm van 2 procent van het bbp. Dat betekent een verhoging van het budget van 8 naar 12 miljard euro. Eén probleem: dat geld ligt niet zomaar voor het oprapen. De regering hoopte op een speciaal defensiefonds dat zich zou spijzen met dividenden en opbrengsten van de verkoop van overheidsaandelen. Maar met de grillige beurskoersen is dat een loterij zonder winnende nummers.
Europa kijkt mee over de schouder
En dan is er nog de Europese Unie, die haar eigen spelregels bepaalt. De regering-De Wever heeft alvast een voorschot genomen op een mogelijke uitzondering, door 770 miljoen euro aan defensie-uitgaven buiten de begrotingsdoelstellingen te houden. Niet zonder risico, want Duitsland en andere grote lidstaten vinden dat militaire investeringen enkel buiten de begrotingsnorm mogen vallen als ze bóvenop de NAVO-doelstelling komen. België zit daar met 1,3 procent nog een eind onder.
Als Europa zich niet laat overtuigen, ziet de sanering er nog magertjes uit: amper 663 miljoen euro in plaats van de gevraagde 3 miljard. Van dat bedrag moet minister van Financiën Jan Jambon (N-VA) trouwens nog 210 miljoen euro ergens vandaan schrapen, omdat de afschaffing van het fiscaal voordeel op tweede woningen pas vanaf 2026 geld in het laatje brengt. Vooruit denken blijft een werkpunt in de Wetstraat.
De erfenis van een trage formatie
Volgens insiders zit de regering nu al met een gat van 2,2 miljard euro in de begroting van 2025. Deels omdat de formatiegesprekken zo tergend traag verliepen dat veel geplande hervormingen zijn uitgesteld. Denk aan de migratiehervorming, de meerwaardebelasting, fraudebestrijding en besparingen op het overheidsapparaat.
2025 wordt door de Arizona-coalitie dan ook omschreven als een "overgangsjaar". Een eufemisme voor: "We gaan dat geld echt nog niet vinden."
De Europese Commissie buigt zich eind maart over de Belgische begroting. Ze ging er bij de vaststelling van de Belgische uitgavennorm van uit dat hervormingen vanaf 1 januari 2025 zouden ingaan. Dat is dus niet gebeurd, met alle gevolgen van dien. Minister van Begroting Vincent Van Peteghem (CD&V) probeert de Europese Commissie alvast te sussen: "Er is een tekort ontstaan door de trage formatie, maar we zullen samen bekijken hoe we het traject kunnen afstemmen op de realiteit."
Oppositie ruikt bloed
De Nationale Bank gaf vorige week al een eerste waarschuwing: de hervormingen van de regering-De Wever zijn de juiste, maar komen veel te traag op gang om echt verschil te maken. Bovendien rekent de coalitie zwaar op de terugverdieneffecten van een hogere werkzaamheidsgraad, een strategie die in het verleden niet altijd de verhoopte jackpot opleverde.
Vincent Van Quickenborne (Open VLD) windt er dan ook geen doekjes om: "Deze regering is nog geen maand ver en nu al blijkt de begroting de grote fata morgana in de Arizona-woestijn. Tijd voor een nieuwe, ernstige begrotingstabel."
De vraag is of De Wever en co daar oren naar hebben. Want in deze politieke komedie waar Europa, defensie en begrotingsnormen elkaar in de haren vliegen, wordt jongleren met miljarden al snel een evenwichtsoefening zonder vangnet.
(foto: Didier Lebrun/ /Photo News)