De prijs van de tomaten is het hardst in prijs gestegen, spaghetti staat op nummer twee.
Je hoeft geen econoom te zijn om te weten dat je voor hetzelfde geld steeds minder in je winkelkar krijgt. ‘Test aankoop’ heeft de prijzen met die van een jaar geleden vergeleken en komt tot de conclusie dat een winkelkar bijna 6 procent duurder is geworden in vergelijking met april vorig jaar. De reden daarvoor? De oplopende kosten voor grondstoffen, energie, transport en verpakking.
Zo kom je meteen bij de kampioen van de prijsstijging: tomaten. Tomaten worden in ons land ‘kunstmatig’ gekweekt, zeg maar. Telers zorgen zelf voor het zonneke en daar hangt een prijskaartje aan. Tomaten in de supermarkt zijn vandaag – in vergelijking met april vorig jaar – maar liefst 31,5 procent duurder. Op nummer twee staat de vriend van de tomaten: spaghetti. Die steeg gemiddeld genomen met 30,5 procent. Op nummer drie: de frituurolie met 26 procent. Test Aankoop geeft een voorbeeld: een 2 literfles frituurolie bij Albert Heijn, steeg op één jaar tijd van 2,19 euro naar 3,19 euro. Een pakje Boni-spaghetti van 500 gram bij Colruyt, steeg van 0,39 naar 0,61 euro.
Misschien zal je de prijsstijging niet meteen in de gaten hebben, want de producenten gebruiken een trucje om de prijs gelijk te houden: ze verlagen de hoeveelheid in de verpakking. 'Test Aankoop' waarschuwt voor deze ‘krimpflatie’: “Kijk daarom – wanneer je bijvoorbeeld verschillende merken van spaghetti vergelijkt – altijd naar de eenheidsprijs, dat is de prijs van het product per liter of kilogram.”
We zetten de kampioenen van de prijsstijgingen op een rijtje:
tomaten: + 31,5 procent.
Spaghetti: + 30,5 procent
frituurolie: + 26,2 procent
toiletpapier: + 20,3 procent
koffie + 18,6 procent
boter: + 17,9 procent
koffiepads + 14,2 procent
mayonaise + 12,2 procent
olijfolie: + 11,1 procent
komkommers: + 10,8 procent
mosterd: + 10,5 procent
aardappels + 9,6 procent
Fruit (sinaasappelen, mango, citroenen, blauwe bessen…) dalen dan weer met 1,9 procent.