Wie een goed geheugen heeft en oud genoeg is, herinnert zich misschien nog ‘Operatie Rebel’ uit de jaren negentig.
Die informatie is relevant in het kader van de gebeurtenissen rond het neerschieten van misdaadjournalist Peter R. De Vries en vooral door de verklaringen van Antwerps burgemeester Bart De Wever. Hij vraagt zich af wanneer men in dit land de strijd tegen de drugsmaffia echt serieus zal nemen.
Het antwoord is dat men die strijd tegen de drugsmaffia midden de jaren negentig zeer ernstig nam. Het dubbele verschil met vandaag: toen ging het om heroïne en Turkse misdaadfamilies.
Operatie Rebel werd volgens de toenmalige rijkswacht opgestart omdat bleek dat bijna de volledige heroïnehandel op dat ogenblik in ons land in Turkse handen was. Het Centraal Bureau voor Opsporing (CBO) wilde weten wie aan de touwtjes trok.
Men wilde volgens die rijkswacht eerst zicht hebben op de Turkse gemeenschap in ons land. Uit die populatie wilde men dan de potentiële criminelen halen, om vervolgens te komen tot de echte dealers en de top van de drughandel in ons land. Volgens diverse bronnen zouden eerst een half miljoen Turken die toen in Belgie verbleven - Belgen van Turkse afkomst en aanverwanten - gescreend zijn.
In juni '94 consulteerde de rijkswacht een eerste maal het rijksregister. Met het oog op een socio-demografisch onderzoek werden de gegevens van 95.000 ingeschreven Turken opgevraagd. Deze gegevens werden 'gepersonaliseerd'. Pas op 10 oktober '94 werd de nationaal magistraat schriftelijk ingelicht over dit onderzoek.
Met het oog op het verzamelen van gegevens over potentiële criminelen werd het Rijksregister een tweede maal geraadpleegd in juli '95.
Uit onderzoek was gebleken dat 12 Turkse familiegroepen een cruciale rol speelden bij de criminele organisaties in België. In totaal werden 5.000 gegevens uit het register gehaald. De gegevens werden volgens de rijkswacht in november '95 vernietigd.
Dat verklaarde minister van justitie Stefaan De Clerck begin juli 1996 in de bevoegde senaatscommissie op de vraag om uitleg van enkele senatoren
De minister gaf toe dat hij tot eind '95 geen weet had van het onderzoek. Zijn kabinet onderzocht de zaak en op 29 april van 1996 kwam de commandant van het Centraal Bureau voor Opsporing (CBO) een uiteenzetting over Operatie Rebel geven in aanwezigheid van de nationaal magistraat. Het college der procureurs-generaal kreeg pas op 25 juni een toelichting van het CBO.
Toen het Comité P later de omstreden screening onderzocht om na te gaan of de rijkswacht te ver was gegaan, stelde het evenwel geen onregelmatigheden vast. Woordvoerder Neçmettin Efe van de Federatie van Islamitische Verenigingen in België en Milli Görüs was niet tevreden met Operatie Rebel. Hij noemde de operatie onwettig.