Rusland tilt oorlogsvoering naar een volgende niveau.
Rusland heeft aangekondigd dat het killerrobots gaat inzetten. Dat zou een antwoord moeten zijn op de levering van Leopard en Abrams gevechtstanks aan Oekraïne. Concreet gaat het over de ‘Marker’, een kleine wendbare robottank die niet door mensen wordt bediend en gestuurd, maar gebaseerd is op artificiële intelligentie en dus zonder tussenkomst van de mens vijandige doelwitten kan opsporen en aanvallen.
Het is niet zeker of het Russische bluf is, of een harde waarheid. De inzet van wapens die autonoom kunnen beslissen over leven of dood ligt internationaal gevoelig, maar is niet verboden. Want niet alleen Rusland is al een tijdje bezig met het ontwikkelen van dergelijke systemen, ook de andere grootmachten als de VS en China experimenteren volgaarne met hun speeltjes.
Er worden al langer onbemande tuigen ingezet, maar vrijwel altijd ligt de ultieme beslissing tot aanvallen nog steeds bij de menselijke hand. De Russische ‘Marker’ heeft die ‘hand’ niet meer nodig en zal zelfstandig beslissen tot het uitschakelen van de vijand. In dit geval het uitschakelen van tanks. De vraag is of het daar bij blijft.
Het persagentschap ‘TASS’ meldt dat de robot ook drones kan uitschakelen met elektromagnetische pulsen. Via elektromagnetische pulsen wordt namelijk de verbinding verbroken tussen de drone en zijn piloot, die het toestel van een eind verderop bedient. De stap naar het uitschakelen van mensen, lijkt dan ook niet ver af.
Volgens militaire deskundigen van het Amerikaanse ‘Task and Purpose’ zou Rusland maar over vijf ‘Markers’ beschikken. Daarom zou het aanprijzen van de robots als potentiële killers van gevechtstanks louter een PR-stunt kunnen zijn.
