Communicatie, communicatie, communicatie.
Van Ranst stuurt een tweet de wereld in waarin hij zijn ongenoegen uit over het feit dat Sciensano ( lees: Steven Van Gucht) geen cijfers meer publiceert op zondag en maandag. “Sorry, maar dit moet beter.” Het klinkt als een aanvalletje op Van Gucht die onlangs in een peiling net iets populairder bleek te zijn dan Van Ranst.
Pikt precies een beetje bij Marc. Die heeft nog maar net op de returntoest getikt om zijn giftige tweet te verspreiden, of daar is een persbericht van die andere specialist van de kleine beestjes, Steven Van Gucht. Die laat weten dat Sciensano binnenkort met een nieuwe online tool komt waarop overheid en burgers kunnen opvolgen hoeveel nieuwe besmettingen met het coronavirus er per gemeente bijkomen. “Daar is ook een alertfunctie aan verbonden voor de lokale overheid”, legt Van Gucht uit. “Dat moet een trigger vormen voor de gezondheidsinspectie als er ergens lokaal opvallend veel nieuwe besmettingen zouden opduiken.” Tiens, dat Van Ranst daar niets van weet!? Hebben die twee mekaars telefoonnummer niet, misschien?
“Joo, Steven, de Marc hier he. Wat heb ik gehoord? Gaat gij die cijfers niet meer geven?
“Nee, Marc, te veel werk jong. En trouwens, niemand leest die nog.”
“Jamaar Steven dat gaat zo maar niet. Weet ge wat, laat ons afspreken in de.... . " Enzovoorts
Maar zo gaat het dus duidelijk niet.. De communicatie tussen de twee grote Belgische helden verloopt blijkbaar via-via: via de pers en Twitter.
Zo zie je maar dat het ook maar mensen zijn.