Een grootschalige studie linkt de coronavaccins aan gezichtsverlamming (facial palcy, FP). De studie beslaat de periode 26 februari 2021 - 1 maart 2022.
De onderzoekers: “We identificeerden 15.742 FP-gevallen met voorschriften voor corticosteroïden tijdens de onderzoeksperiode. Van deze gevallen traden er 5.211 op binnen 1-28 dagen na de vaccinatie, wat overeenkomt met 4,0 FP-gevallen/1 miljoen doses. Onder de FP-studiepopulatie was de gemiddelde leeftijd bij de eerste COVID-19-vaccinatie 53,1 (SD 15,9) jaar; 54,7% (n = 2.849) was man en 45,3% (n = 2.362) was vrouw.”
“Onze studie toonde een verhoogd FP-risico binnen 1-28 dagen na elke COVID-19 vaccindosis (IRR 1,12 [95% CI 1,09-1,16]). We observeerden verhoogde FP risico's (IRR 1,07 [95% CI 1,02-1,12]) met de tweede dosis en gecombineerde eerste en tweede dosis (IRR 1,08 [95% CI 1,04-1,12]) maar identificeerden geen associatie voor de derde dosis (IRR 1,01 [95% CI 0,95-1,08]).”
“Ongeacht of personen homologe of heterologe vaccinatie kregen, zagen we dat FP toenam na vaccinatie; voor homologe doses was de IRR 1,14 (95% CI 1,10-1,19) en voor heterologe doses was de IRR 1,08 (95% CI 1,01-1,14).”
“Verder vonden we verhoogde FP-risico's bij alle vaccintypen, bij patiënten die waren gevaccineerd met ten minste één mRNA-vaccin was de IRR 1,11 (95% CI 1,07-1,15) en bij degenen die alleen waren gevaccineerd met virale vectorvaccins was de IRR 1,37 (95% CI 1,19-1,59).”
“De IRR's waren over het algemeen consistent voor alle leeftijdsgroepen en we identificeerden verhoogde risico's ongeacht het geslacht. Bij mannen was de IRR 1,08 (95% CI 1,03-1,13) en bij vrouwen was de IRR 1,18 (95% CI 1,12-1,24). Na toepassing van de Benjamini-Hochberg aanpassing bleven deze resultaten over het algemeen consistent.”
“Gevoeligheidsanalyses toonden de robuustheid van de belangrijkste resultaten aan. De resultaten bleven consistent voor zowel kortere als langere risicovensters. De IRR was 1,15 (95% CI 1,11-1,20) voor het venster van 1-14 dagen en 1,12 (95% CI 1,09-1,16) voor het venster van 1-42 dagen. Het uitsluiten van personen die binnen 7 dagen na de diagnose FP overleden, toonde aan dat het FP-risico vergelijkbaar was met de belangrijkste bevindingen (IRR 1,12 [95% CI 1,09-1,16]).”
“Bovendien noteerden we verhoogde risico's voor FP ongeacht COVID-19-infectie, en die risico's namen toe als we gevallen van COVID-19-infectie binnen 90 dagen vóór vaccinatie uitsloten (IRR 1,12 [95% CI 1,09-1,16]) en COVID-19-gevallen vóór de diagnose FP (IRR 1,13 [95% CI 1,10-1,17]). Verhoogde risico's op FP werden aangetoond toen we de gevallen beperkten tot bezoeken aan een ziekenhuis of afdeling spoedeisende hulp (IRR 1,21 [95% CI 1,14-1,28], tot personen die gelijktijdig corticosteroïden en antivirale medicatie voorgeschreven kregen (IRR 1,24 [95% CI 1,17-1,32]) en tot de diagnose Bell's palsy (IRR 1,13 [95% CI 1,09-1,17]).
FP, gekenmerkt door plotselinge verlamming van de gezichtsspieren, is in verband gebracht met infecties, auto-immuunreacties en vaccinatie. Op zijn beurt werd FP door het Safety Platform for Emergency Vaccines (SPEAC) als ongewenst voorval geprioriteerd. Verschillende studies onderzochten het verband tussen COVID-19 vaccins en FP, maar de resultaten waren tot nu inconsistent.
Ter info: de coronavaccins werden aan de burgers verkocht met de garantie dat ze ‘superveilig’ waren.
Yoon D. et al., (2024) Risk for facial palsy after COVID-19 vaccination, South Korea, 2021–2022. Emerging Infectious Diseases.
