Professor verpleegkunde: “Het zorgsysteem stort in, en dat ligt niet aan het virus, maar aan het chaotische beleid”
Het is een oud zeer dat in het adviesorgaan GEMS de pure wetenschap oververtegenwoordigd is. In de cockpit van het crisisbeleid is het cijfer baas. Eva Goossens, professor verplegingswetenschappen, trekt in een interview met ‘Het laatste Nieuws’ aan de alarmbel. Tiens,’ verplegingswetenschappen’, daar hebben we na twee jaar pandemie nog nooit van gehoord. Een professor verpleegkunde houdt zich bezig met de vraag hoe je verpleegkundige zorg beter kan organiseren. In de de zomer van 2020 schreef Eva Goossens - samen met twaalf collega’s - een open brief met de vraag of ze een zitje konden krijgen in het adviesorgaan van de overheid. De vraag werd genegeerd.
“De overheid blijft vasthouden aan adviseurs die veel van het virus weten, maar weinig van het organiseren van de zorg. De sector is ondertussen volop aan het kraken. Niet door het virus, maar door chaotisch beleid”, aldus Goossens in ‘Het laatste Nieuws’. In een emotioneel interview met de krant getuigt ze van de frustratie in de sector, het verval van de 'helden van de zorg', het onbehagen van de huisartsen en de beslissingen die boven de hoofden van het zorgpersoneel worden genomen. Ze vat het samen als een noodkreet. Als 1 op de 3 huisartsen eraan denkt om te stoppen, dan kan je volgens Goossens niet langer zeggen dat het systeem ‘op instorten’ staat, maar dat het volop aan het instorten is. Volgens haar is niet het virus het grootste pijnpunt, maar het chaotische beleid om met dat virus om te gaan.
Haar harde conclusie klinkt dan ook als volgt: "In de GEMS zetelen vooral artsen in de tropische geneeskunde, virologen en infectiologen. Zij weten veel over het virus, maar minder over hoe je de zorgsector ‘covid-proof’ kan maken. Ik heb bijvoorbeeld al veel adviezen gezien over hoe we het virus kunnen indijken, maar geen adviezen over hoe we de zorg beter zouden kunnen organiseren. Dat is jammer. Je kan deze crisis niet enkel beheren met virologen en infectiologen. Er is ook andere expertise nodig.”