China haalt Covid-19 van de lijst met de gevaarlijkste infectieziekten.
December 2019, de gezondheidsautoriteiten in Wuhan, China, melden een cluster van patiënten met een longontsteking van onbekende oorzaak. Een nieuw type coronavirus wordt geïdentificeerd. In geen tijd treft China draconische maatregelen, de rest van de wereld volgt. Grenzen gaan dicht, de vrijheid wordt aan banden gelegd, elke nieuwe besmetting inspireert experten tot apocalyptische speeches.
We zijn drie jaar verder. China laat de zerotolerantie voor wat het is en meteen – naar verluidt – slaat het vermaledijde virus toe. Sinds begin december zouden al 250 miljoen mensen besmet zijn geraakt. De ziekenhuizen zouden vol liggen en ook de crematoria zijn overbevraagd. Peking stopt echter met het registreren van besmettingen. De Gezondheidscommissie meldt al vier dagen op rij dat er geen nieuwe sterfgevallen waren. Ook gisteren zouden er geen covid-doden zijn gevallen in China. Bizar.
Maar het wordt nog surrealistischer. Wat doet Peking? Het opent de grenzen. Terwijl corona er harder toeslaat dan ooit, is het vanaf 8 januari niet langer nodig om in quarantaine te gaan wanneer je het land binnenkomt. Sterker nog China haalt Covid-19 ook van de lijst met de gevaarlijkste infectieziekten. De ziekte die door het coronavirus wordt veroorzaakt hoort vanaf de dag waarop de versoepelingen ingaan niet meer tot de A-klasse, maar tot de B-klasse.
Dan rijst de vraag of er iets niet klopt. Drie jaar geleden niet, of nu niet?