Alexandre François is substituut-procureur des Konings en referentiemagistraat discriminatie bij het parket Luik. Hij vertelt hoe het Openbaar Ministerie vrijheid van meningsuiting ziet.
Vrijheid van meningsuiting is een argument dat Alexandre François regelmatig ziet voorbijkomen in de zaken die hij behandelt rond discriminatie en racisme.
Alexandre François: “Vrijheid van meningsuiting is een vrijwel absoluut recht. Het gebeurt dan ook vrij vaak dat verdachten, vaak op aanraden van hun advocaat, tijdens de verhoren of in de rechtbank het argument ‘vrijheid van meningsuiting’ bovenhalen om te argumenteren waarom ze discrimineerden. Voor het aanzetten tot haat, geweld en/of discriminatie moet er sprake zijn van een bijzondere intentie bij de dader die bewezen moet worden. Dit om de vrijheid van meningsuiting maximaal te bewaren. Die bijzondere intentie kan alleen aangetoond worden in relatie tot de uitlatingen die zijn gedaan en de context van de feiten. Wat soms moeilijk te bewijzen is wanneer het slechts om één of twee zinnen of opmerkingen gaat op sociale media. Het aanzetten tot haat tegen mensen van buitenlandse afkomst is bijvoorbeeld strafbaar, maar dat betekent niet dat elke mening over migratiestromen strafbaar is.”
“Een ander voorbeeld is een zaak waarbij een journaliste een toenmalig lid van de islampartij interviewde. De man wilde de journaliste niet aankijken, en haar vragen niet beantwoorden, omdat ze een vrouw was. In eerste aanleg werd hij vrijgesproken, maar in beroep werd hij veroordeeld voor seksisme. Het arrest werd bevestigd door het Hof van Cassatie. Het delict van seksisme kwam hier niet uitsluitend tot uiting in woorden, maar eveneens door het gedrag van de dader. Alles hangt af van de context van de feiten. Wat soms een moeilijk evenwicht is en overtredingen zijn soms moeilijk vast te stellen.” Het ging om deze zaak.
Vaak gaat het om online berichten. François: “De meeste sociale netwerken worden gehost op Amerikaanse servers en de Amerikaanse wetgeving is echter helemaal niet dezelfde als die van Europa wanneer het gaat om vrijheid van meningsuiting. De Verenigde Staten willen wel meewerken aan het identificeren van personen die bijvoorbeeld haatzaaien op sociale media, maar publicaties verwijderen ligt moeilijker. Het past niet in hun visie op vrijheid van meningsuiting. Gelukkig zijn er onderhandelingen bezig op Europees niveau met de grote sociale netwerken om dit soort problemen op te lossen.”
foto cottonbro studio pexels