Anders maar vooral hetzelfde.
Vlaanderen heeft een nieuwe regering, maar wie dacht dat daarmee ook een frisse wind zou opsteken in het beleid, komt bedrogen uit. De liberalen van Open VLD mogen dan wel zijn vervangen door de socialisten van Vooruit, maar het nieuwe regeerakkoord ademt nog steeds een sterk economisch liberaal en cultureel conservatief karakter. Het 203 pagina’s tellende document, getiteld "Samen werken aan een warm en welvarend Vlaanderen," laat zien dat N-VA, CD&V en Vooruit elk hun stempel hebben proberen drukken. Maar hoe vertaalt zich dat concreet naar het leven van de Vlaming?
Economisch liberalisme blijft koning
Hoewel het parlementaire landschap er na de verkiezingen anders uitziet, is het economische beleid nog steeds verankerd in liberale ideeën. De vrije markt blijft centraal staan, met de regering die zich vooral richt op het bieden van een minimale hoeveelheid regelgeving om de ondernemingen in Vlaanderen te laten floreren. In de praktijk betekent dit dat de overheid vooral een faciliterende rol blijft spelen, waarbij ondernemers zo veel mogelijk vrijheid krijgen om hun gang te gaan. Regels worden beperkt tot het noodzakelijke en de economische motor moet blijven draaien op basis van de logica van vraag en aanbod.
Erfbelasting
In dat kader voorziet het akkoord een terugdringing van de erfbelasting, wat met name de vermogende middenklasse en hogere klassen ten goede komt. De registratierechten op de enige woning dalen van 3 naar 2 procent, een maatregel die kopers van een eerste woning een duwtje in de rug moet geven. Dit is zonder twijfel een belangrijk speerpunt dat N-VA en CD&V in de verf wilden zetten. Tegelijkertijd vragen velen zich af hoe de begroting de druk van deze belastingverlagingen zal doorstaan, zeker nu de regering belooft tegen 2027 een begrotingsevenwicht te realiseren. Het antwoord schuilt in besparingen, maar hoe die precies zullen worden doorgevoerd, blijft voorlopig een mysterie. Wel zijn er alvast enkele pistes zoals het duurder maken van dienstencheques, een maatregel die breed wordt gedragen maar de koopkracht van de lagere middenklasse verder onder druk zal zetten.
Een tandje bij op de arbeidsmarkt, maar niet voor iedereen
Een van de meest prangende vragen in Vlaanderen blijft: hoe krijgen we meer mensen aan het werk? De Vlaamse regering heeft hierin grote ambities, maar die zijn al even onduidelijk als het huidige landschap van de arbeidsmarkt zelf. Er wordt volop ingezet op de VDAB om een activeringsbeleid uit te werken dat werkzoekenden aanklampt en hen begeleidt naar een job. Toch blijft de VDAB, dat de afgelopen jaren door hervormingen is gegaan, een logge tanker die moeilijk bij te sturen is. Zonder federale ruggensteun – want het grootste arsenaal aan financiële prikkels en sancties blijft een federale bevoegdheid – blijft Vlaanderen zich vastklampen aan de droom van een hogere tewerkstellingsgraad, zonder dat het de nodige hefbomen volledig kan benutten.
Gedaan met de jobbonus
Een ander teken aan de wand is de afschaffing van de jobbonus, een maatregel die oorspronkelijk bedoeld was om werk lonender te maken voor de laagste inkomens. Dat deze bonus sneuvelt, geeft een wrang signaal aan de mensen die net op de rand van de werkende middenklasse balanceren. Het maakt het voor sommigen moeilijker om de sprong naar werk te wagen, wat in schril contrast staat met het ideaal van een hogere arbeidsparticipatie.
Een strakkere hand op het socio-culturele beleid
Wie hoopte op versoepelingen in de Vlaamse cultuurpolitiek, krijgt met dit akkoord eveneens een koude douche. Op cultureel vlak zet de Vlaamse regering de scherpe, conservatieve koers van de vorige regeringen voort. De neutraliteit in de dienstverlening – in de volksmond beter bekend als het hoofddoekenverbod – blijft overeind, ondanks de aanvankelijke tegenkanting van Vooruit. Diensthoofden krijgen de mogelijkheid om deze maatregel naar eigen inzicht in te voeren, wat de deur openzet voor striktere integratie-eisen en meer toezicht op de culturele uitingen van ambtenaren.
Hier spreekt men Nederlands
Ook de Vlaamse identiteitsvorming krijgt een boost. Ouders die het Nederlands onvoldoende beheersen, riskeren sancties. Dit signaal van 'voor wat, hoort wat' is een rode draad doorheen het akkoord. Niet werken? Dan krijg je geen voorrang meer op kinderopvang of sociale woningen. Wie echter wel aan de slag is, kan rekenen op voorrechten, al blijven die ten dele beperkt tot symbolische maatregelen die weinig direct effect zullen hebben op de echte uitdagingen waarmee Vlaamse gezinnen worden geconfronteerd.
Landbouwers en natuurverenigingen: een delicate balans
Het nieuwe Vlaamse regeerakkoord probeert ook een brug te slaan tussen landbouwbelangen en natuurbehoud. CD&V slaagde erin een voorkooprecht voor landbouwgrond binnen te halen, maar natuurverenigingen kregen evenzeer hun zegje in gebieden die voorbehouden zijn aan natuurbehoud. Dit delicate evenwicht zal echter pas later in de legislatuur verder worden uitgewerkt, wanneer de Vlaamse regering een concreet openruimtepact wil sluiten waarin duidelijk afgebakend wordt welke gebieden voor landbouw en welke voor natuur behouden blijven.
De stikstofproblematiek, die al jaren als een schaduw over de Vlaamse landbouwsector hangt, wordt nog steeds niet ten volle aangepakt. Het is een dossier dat doorschuift naar de toekomst, waar pas in de komende jaren knopen doorgehakt zullen worden over het langetermijnbeleid na 2030.
Een sociale gloed met koude rillingen
Op het vlak van sociale investeringen werden er belangrijke stappen gezet, vooral dankzij de socialisten en de christendemocraten. Zo komt er meer dan 1 miljard euro extra voor de gezondheidszorg, met significante investeringen in de kinderopvang en ouderenzorg. CD&V boekte winst met de koppeling van de kinderbijslag aan de gezondheidsindex, wat in tijden van lage inflatie voorlopig echter weinig impact zal hebben.
De warmere sociale gloed die deze maatregelen teweegbrengen, wordt echter niet zonder slag of stoot doorgevoerd. De liberalisering van De Lijn en de verhoging van tarieven treft vooral de minder welvarende Vlamingen, waarbij de sociale voordelen afhankelijk worden van het inkomen en niet langer van het statuut. Het risico bestaat dat wie net boven het sociale vangnet zweeft, tussen de plooien van het systeem terechtkomt. Dit beleid lijkt vooral de werkenden te bevoordelen, wat velen doet vrezen voor een groeiende kloof tussen de haves en de have-nots.
Conclusie: ambitieus of behoudsgezind?
Het nieuwe regeerakkoord heeft zijn zegeningen en gebreken. Aan de ene kant is er sprake van ambitieuze sociale investeringen en een voortzetting van het economische liberalisme dat Vlaanderen al enkele jaren kenmerken. Aan de andere kant blijft de vraag hangen of deze maatregelen voldoende zullen zijn om Vlaanderen door de economische en maatschappelijke uitdagingen van de toekomst te loodsen. Met onduidelijkheden in cruciale dossiers zoals de arbeidsmarkt en de landbouw, en behoudsgezinde keuzes op cultureel vlak, is het regeerakkoord eerder een weerspiegeling van een overheid die aan haar beleid vasthoudt dan een frisse koers richting nieuwe hoogten.
De volledige tekst van het Vlaamse regeerakkoord, lees je hier.
(Foto: Didier Lebrun/Photo News)