Qu'est-ce que tu dis ?
In het kader van de Brusselse justitie gaan de poppen flink aan het dansen. N-VA en Vlaams Belang trekken ten strijde tegen nieuwe taalregels voor topmagistraten in de hoofdstad, waarbij ze vrezen voor een al te verfransend effect.
Er was eens...
Het begint allemaal in 2014, toen het Grondwettelijk Hof de bestaande taalregels naar de prullenmand verwees. Destijds moest de baas van het Brusselse parket een Frans diploma op zak hebben, wat Nederlandstaligen uitsloot van de functie.
Taal in balans?
De nieuwe wet trekt een andere kaart: de procureur des Konings in Brussel mag voortaan van beide taalmarkten thuis zijn, zolang zijn rechterhand de andere taal spreekt. Hetzelfde geldt voor de procureur-generaal en de voorzitter van het Brusselse hof van beroep. Korpschefs in Brussel moeten nu ook slechts een 'functionele' kennis hebben van de tweede landstaal, niet meer 'grondig'.
Deze aanpassingen schieten in het verkeerde keelgat bij N-VA en Vlaams Belang. Ze zien een verontrustende verfransing van de Brusselse justitietop in het verschiet en spannen een rechtszaak bij het Grondwettelijk Hof aan. Vlaams Belang gaat nog een stapje verder en roept een belangenconflict in het Vlaamse Parlement in om verdere behandeling van het wetsontwerp te blokkeren.
Taalalternatie?
Het kabinet-Justitie ziet het anders. Volgens hen garandeert de nieuwe regeling de taalbalans. Minister Paul Van Tigchelt (Open VLD) verduidelijkt dat de taalwissel tussen de procureur-generaal en de hofvoorzitter een tijdelijke regeling was, die nu wettelijk wordt vastgelegd. Daarnaast stelt hij dat de 'functionele tweetaligheid' ervoor zorgt dat korpschefs hun mannetje kunnen staan in beide talen.
Je l'entends tonner à Cologne
Van Tigchelt ontkent dat er sprake is van een verfransing van de justitietop. Hoewel het huidige beeld overwegend Frans is, benadrukt hij dat dit slechts een momentopname is. De nieuwe federale procureur, Ann Fransen, is immers Nederlandstalig.
Voor de komende tien jaar blijft de procureur des Konings van Brussel een Franstalige magistraat, terwijl de arbeidsauditeur Nederlandstalig blijft. Van Tigchelt licht toe dat deze keuze is gemaakt op basis van de recente taalverhoudingen. Na twee mandaten zal er een wissel plaatsvinden.