De komst van de nieuwe 1-serie van BMW ging niet bepaald onopgemerkt, voornamelijk omdat BMW besloot voortaan de kleinste telg met voorwielaandrijving te produceren. Wij reden een week lang rond met de nieuwe 118d, en geven het antwoord op deze prangende vraag: is de nieuwe 1 nog wel een echte BMW?
Of het een grap is of niet weten we niet, maar bij BMW beweren ze al langer dat het gros van de 1-reeks kopers niet eens wist met een achterwielaandrijver te rijden. Om de nieuwe generatie voorwielaangedreven te maken, hadden ze verschillende redenen.
Ten eerste: ze hadden het UKL2-platform toch al. Dat werd al gebruikt voor de MINI’s en de BMW’s X1, X2 en 2-reeks Active Tourer.
Ten tweede: een auto met voorwielaandrijving produceren is gewoonweg goedkoper. Niet dat de nieuwe 1 nu plots een prijsbreker is (vanaf 26.950 euro voor de 118i), maar je krijgt wel iets meer basisuitrusting die bij de vorige generatie nog op de optielijst stond.
Ten derde: ruimte. Dankzij die voorwielaandrijving, kan de motor dwars voorin geplaatst worden. Daardoor neemt die minder ruimte in beslag, wat ten goede komt van de interieur- en kofferruimte. Achterin is er 3,3 centimeter extra beenruimte, in de koffer past 20 liter meer.
Dat derde punt heeft natuurlijk wel een invloed op de looks. De nieuwe 1-serie heeft niet langer die karakteristieke lange neus, waardoor sommigen vinden dat hij op de Mercedes A-klasse is gaan lijken. Er zijn zelfs mensen die duidelijke gelijkenissen met de Hyundai i30 zien.
Eerlijk gezegd: wij vonden de nieuwe 1 ook maar ‘mêh’ toen we ‘m voor het eerst op foto zagen. Maar ‘in het echt’ ziet hij er eigenlijk best leuk uit. En vooral: het is onmiskenbaar een BMW. En blijkbaar waren we niet de enigen die er zo over dachten. Tijdens onze testweek kregen we op de baan verschillende ‘duimpjes op’ van mede-BMW-rijders. En dat waren heus niet alleen mensen met een 1-serie die niet wisten of ze nu met voor- dan wel achterwielaandrijving onderweg waren. Op de Plantin Moretuslei in Antwerpen kwam een kerel met een M2 een tijdlang naast ons rijden om de auto te bekijken en vervolgens zijn duim omhoog te steken.
Het interieur van de nieuwe 1 kreeg een grondige opfrisbeurt en ziet er voortaan uit als dat van andere nieuwe Bimmers. Dat wil zeggen: indien gewenst een digitaal dashboard, een infotainmentscherm dat een mooier geheel vormt met de rest van het dashboard en vooral: een heel erg ‘premium’-gevoel.
Allemaal goed en wel, maar rijdt dat wel een beetje, zo’n BMW met de aandrijving op de ‘verkeerde’ wielen? Wel, de MINI is al een behoorlijk ‘scherpe’ voowielaandrijver, maar de nieuwe 1 doet daar nog een duchtig schepje bovenop. Ga maar na: onder de kap van zelfs de instapper steekt een veerpootbrug, iets wat doorgaans alleen maar gebruikt wordt bij echt potente bakken. Al wordt het door tuners ook wel vaak aftermarket 'voor de show' gemonteerd. De 1 ligt als een blok op de weg, en je kunt er verrassend snel mee door de bocht. Je voelt exact wat er onder je kont gebeurt en sturen doet hij heel erg direct. Tot zover het échte BMW-gevoel.
Bij écht sportief hoeken voelt het, met dat blauw-witte logo voor je snoet, een beetje gek aan wanneer de electronica ingrijpt om onderstuur te voorkomen. Je verwacht dat-ie met zijn staart gaat kwispelen, maar het is net de voorkant die tot de orde geroepen wordt.
Maar aan de andere kant: wie gaat er nu de coureur uithangen met een 118d – uitgezonderd wij dan. Als je dat wil, dan opteer je voor de M135i met xDrive, toch?
De instapper is de 118i, een 1,5 liter grote driepitter met 140 pk. Op dieselvlak begint het met de 116d: eveneens een 1,5 liter grote driecilinder, met 116 pk. De 118d is een viercilinder met 150 pk, de diesel-topper is de 120d met 190 pk. De sportiefste 1 is de M135i, met een 2-liter viercilinder onder de kap die 306 pk levert.
Wij reden dus een week rond met de 118d, en dat was een prima reisgezel. Met 150 pk en 350 Nm koppel, is hij behoorlijk vlot. In het interieur hoor je het geluid van de diesel nagenoeg niet. Hij springt bovendien zuinig om met aardsap. BMW geeft een normverbruik van 4,1 liter per 100 kilometer op, wij zaten na onze testweek op een gemiddelde van 5,8 liter per 100 kilometer. Iets meer, maar we hebben er dan ook niet bepaald als een oud vrouwtje mee gereden.
Ons verdict
De BMW 1-serie is vooral een ruimere auto geworden. Zijn typisch lange neus heeft-ie niet meer, maar hij is zeker niet lelijk. Ondanks de aandrijfwissel rijdt hij nog steeds zoals je dat van een BMW mag verwachten, maar dan anders. En dat maakt hem jammer genoeg wat minder speciaal, maar wel veel praktischer.