"Kan jij eens tegen de koning gaan zeggen dat ze me moeten uitnodigen, Alexander?"
"Alexander, wil jij eens aan de koning gaan zeggen dat ik het niet fijn vindt dat ik nooit wordt uitgenodigd voor officiële aangelegenheden?" Daar komt het ‘neuten’ van prinses Delphine ongeveer op neer. Sinds de buitenechtelijke dochter erkend is als de échte dochter van onze ex-koning, is er veel veranderd. Toen Albert – onder dwang – uiteindelijk toegaf dat hij een scheefpoeper was geweest, liet zijn dochter weten opgelucht te zijn en dat ze – wees gerust – geen officiële functie wilde binnen het Paleis. Nee, ze wilde haar vrijheid bewaren. ‘Ik ben en blijf een kunstenares’, klonk het.
Vreemd dat de vrije kunstenares nu toch wat anders wil. Ze heeft een misnoegde brief gestuurd naar premier Alexander De Croo, zo vernemen we bij ‘Het Laatste Nieuws’. Ze trok haar stoute schoenen aan naar aanleiding van Koningsdag, dat jaarlijks op 15 november plaatsvindt. Daar waren prins Laurent en prinses Astrid aanwezig, maar prinses Delphine ontving geen uitnodiging. De regel is immers dat enkel werkende leden van het koningshuis - die dus een dotatie ontvangen - daar aanwezig zijn. En dat vindt ze oneerlijk.
“Mijn cliënte maakt zich al maandenlang zorgen over haar rol bij officiële gebeurtenissen”, schrijft Marc Uyttendaele, advocaat van prinses Delphine, in de brief naar de premier. “Het valt haar op dat ze voor slechts een aantal uitgenodigd wordt, zoals bijvoorbeeld 21 juli (de nationale feestdag, red.) en het eerbetoon aan de overleden leden van de koninklijke familie. Maar zelfs daar wordt ze anders behandeld dan haar broer en zus, prins Laurent en prinses Astrid.” Delphine ging eerst neuten bij halfbroer koning Filip, maar die liet weten dat ze bij premier Alexander De Croo moest gaan klagen omdat het volgens hem om een beslissing van de federale regering gaat.
De advocaat van Delphine wijst de premier erop dat het Brusselse hof van beroep in 2020 besliste dat Delphine ‘op dezelfde voet’ moet worden geplaatst als de andere kinderen van haar vader, koning Albert II. “Ze heeft er altijd over gewaakt om de controverse niet te voeden”, klinkt het, maar Uyttendaele meent dat de prinses de vragen van de pers niet langer kan ontwijken. “De situatie wordt onhoudbaar en plaatst haar voor een dilemma. Ofwel vertelt ze de strikte waarheid en schaadt ze zo het imago van de monarchie, wat ze absoluut niet wil. Ofwel blijft ze zwijgen, maar dan wekt ze de indruk dat ze bepaalde gelegenheden te min vindt.”
Zo erg allemaal.
