Spaans hooggerechtshof wil de voormalige president van Catalonië achter de tralies.
Terwijl iedereen moord en brand schreeuwt over Erdogan die in de achtertuin van Europa een volkerenmoord beging, kraait er nauwelijks een haan naar de politieke afrekeningen in onze voortuin, Spanje.
De Spaanse democratie zwalpt en wankelt. Ministers die men de negatieve stempel van separatisten geeft, krijgen gevangenisstraffen tot dertien jaar en Europa kijkt de andere kant uit? Het gebeurt voor onze eigen ogen, as we speak.
Misschien is de vraag niet of het organiseren van een referendum een misdaad is, maar wel het verbieden er van.
Vanochtend heeft Puigdemont, die al een tijd onderdak vindt in ons land, zich aangeboden bij de Brusselse onderzoeksrechter omdat maandag een nieuw Europees aanhoudingsbevel tegen hem was uitgevaardigd. In 2017 en 2018 strandden vorige aanvragen tot uitlevering na een juridische koorddans. De voorwaarden van de uitlevering konden toen een deportatie voorkomen.
Als het aan onze politici ligt, is een uitlevering onbespreekbaar, maar er is een scheiding tussen gerecht en staat en een inmenging van de politiek in rechtszaken wordt niet op prijs gesteld. Ongetwijfeld kent de raadkamer de politieke gevoeligheden en zoekt die naar wijze oplossing. We kunnen ons niet voorstellen dat men Puigdemont zou uitleveren aan een land dat op dictatoriale wijze een invulling geeft aan de democratie.
Ondertussen laaien de protesten op in Spanje. Het vuur is aan de lont, het is wachten tot de bom ontploft.