Theo Francken schiet met scherp naar defensiebeleid.
“Onze munitiestocks zijn zo goed als leeg. Bij oefeningen zouden we ‘pang pang’ moeten roepen!” Tijdens een radio-interview met ‘De Ochtend’ op Radio 1 liet Francken zich niet onbetuigd. Hij luidde de alarmbel over onze nationale defensie en stelde dat als er ooit een conflict uitbreekt, België eerder een last dan een bondgenoot zou zijn.
Eerst Oekraïne, dan de rest.
Francken, deze week nog aan de bak tijdens de Parlementaire Assemblee van de NAVO in Albanië, was duidelijk niet de enige die zijn zorgen uitte. Bij dit overleg van parlementariërs uit NAVO-lidstaten was de consensus dat hulp aan Oekraïne voorrang moet krijgen boven het opkrikken van de NAVO-defensienorm. “Eerst versterkingen naar Oekraïne sturen, anders verliest het land de oorlog,” aldus Francken.
Doch, Francken waarschuwde ook dat de lidstaten niet mogen vergeten dat ze zichzelf moeten kunnen verdedigen. Een Europees schild à la de Iron Dome van Israël? Onbestaande. Een Belgisch schild? Dat is er al helemaal niet.
Uitbreiden, nu!
Volgens Francken is het hoog tijd dat ons land zijn defensieproductie opschroeft. “Als het erop aankomt, kunnen we bijna niets doen voor Oekraïne,” verklaarde hij. “Bij een eventueel conflict zitten we al snel zonder munitie. Onze voorraad is nog maar 7 procent van de NAVO-norm. We kunnen zelfs naar 0 procent zakken. Dan moeten we bij oefeningen ‘pang pang’ roepen. Dat is toch te gek voor woorden?”
Hij gaat verder: “We hebben gewoon niets meer. We halen de NAVO-norm niet en iedereen slaapt rustig verder. Als er een conflict uitbreekt, zijn we eerder een last dan een hulp voor onze bondgenoten. We hebben ons totaal miskeken, ook op de intenties van regimes zoals dat van Poetin en Iran.”