De maan is aan het krimpen en terwijl dat gebeurt vinden er ook stevige maanbevingen plaats. Dat laat de ruimtevaartorganisatie NASA weten. Een deel van het materiaal dat Apollo 11 achterliet, bleef metingen uitvoeren en registreerde tussen 1969 en 1977 zo'n 28 verschillende, ondiepe maanbevingen. Uit recente beelden blijkt dat rotsblokken bewegen en verschuivingen nog steeds gebeuren.
In het afgelopen decennium hebben wetenschappers vastgesteld dat terwijl de binnenkant van de maan afkoelde, ze waarschijnlijk nog steeds krimpt. Uit een nieuwe analyse van de data van NASA-missies blijkt dat de maan binnenin nog steeds afkoelde. Dat verklaart ook de grote kliffen overal op het oppervlak. Langs de scheuren en kliffen vinden er nog steeds maanbevingen plaats.
De mensen bij NASA vergelijken de maan met een druif die uitdroogt en uiteindelijk verschrompelt tot een rozijn. Een rozijn heeft rimpels op het oppervlak. Maar de buitenkant van een druif is nog redelijk flexibel. Het maan-oppervlak is niet flexibel en het krimpen zorgt ervoor dat de oppervlakte afbrokkelt en kapotscheurt. Het gevolg is dat de korsten bewegen en soms tegen elkaar aanduwen, waardoor ze omhoog komen en er hoge kliffen ontstaan. De kliffen zijn ongebruikelijk ogende rotsen die vanaf de oppervlakte te zien zijn, soms wel kilometers lang.
Het nieuwe onderzoek werd mogelijk gemaakt door de ontwikkeling van een algoritme dat seismische gegevens verwerkte, die in de jaren zestig en zeventig werden genomen. Zo kreeg men een beter zicht op de maanbevingen en kan men beter verklaren waar ze vandaan komen en wat de gevolgen zijn. Het bevestigde ook dat er nog steeds echte tektonische activiteit op de maan voordoet, volgens het nieuwe artikel dat gepubliceerd werd in Nature Geoscience.
Wetenschappers hopen nu terug te keren naar de maan en meer te leren over wat er daar precies gebeurt. De Trump-regering heeft Nasa opdracht gegeven zo snel mogelijk terug te gaan en hoopt binnen vijf jaar astronauten weer op het oppervlak te krijgen .