Bart Somers wil de kloof tussen mensen met en zonder een migratieachtergrond wegwerken.
35 procent van de nieuwkomers in ons land zijn laaggeschoold – geen diploma van secundair onderwijs op zak – en geraken nauwelijks aan een job. Ze genieten van ons sociaal vangnet, maar dragen er niet aan bij, zeg maar. Zelfs nieuwkomers die wel hebben gestudeerd, blijken moeilijk aan de slag te raken. Ons land is een van de slechtste leerlingen van Europa: Eénenveertig procent van de mensen van buiten de Europese Unie – laag-en hoogopgeleiden – heeft geen werk.
Minister van Samenleven Bart Somers (Open VLD) heeft uitgerekend wat dat ons kost. “De kloof tussen mensen met en zonder een migratieachtergrond die werken in ons land, is het grootst van heel de Europese Unie”, zegt Somers in ‘Het Nieuwsblad’. “Mochten we die kloof kunnen dichten, dan zouden er bijna 15.000 mensen extra aan de slag zijn. Dat levert de overheid meteen 330 miljoen euro aan belastingontvangsten op.”
En dus, komt Somers met een plan: Nieuwkomers zonder diploma moeten voortaan een opleiding voor knelpuntberoep volgen.
Laaggeschoolde nieuwkomers kunnen/moeten aan de slag gaan als bijvoorbeeld vrachtwagenchauffeur, verpleegkundige of kinderoppas. Via opleidingen op de werkvloer moeten ze het vak leren. Tijdens die ‘opleiding’ worden ze daarvoor betaald. Een soort van leerjobs, zeg maar. Al werkend leren en tegelijk geld verdienen.
Wie voortaan ‘nieuw’ is ons land zonder diploma zal zo’n leerjob aangeboden krijgen als onderdeel van het inburgeringstraject waarin nu al Nederlandse lessen, maatschappelijke oriëntatie, een verplichte inschrijving bij arbeidsbemiddelaar VDAB en het buddytraject zitten.
Foto: screenshot YouTube/Vlaams Parlement
