Bijna 120.000 mensen zijn in het land gestorven deze zomer in Spanje, hoewel experts geen definitieve verklaring durven te geven voor deze ongewone dodentallen.
2022 was zelfs de dodelijkste zomer van de afgelopen 72 jaar in Spanje. In de maanden juni, juli en augustus zijn 120.000 mensen overleden, ongeveer 2.500 doden per miljoen inwoners. De laatste keer dat een vergelijkbaar aandeel werd geregistreerd was in 1950.
Hoewel de bevolking van het land sinds de jaren vijftig sterk varieert (toen waren ze met 28 miljoen en nu met meer dan 47 miljoen), is het sterftecijfer jaar na jaar tussen de 1.800 en 2.100 (per miljoen) gebleven. Tot 2022.
In absolute aantallen is het zelfs de zomer met de meeste sterfgevallen in Spanje sinds 1941, volgens gegevens van het dagelijkse sterftemonitoringsysteem (EuroMOMO) en de Overlijdensstatistieken van het Nationaal Instituut voor de Statistiek (INE) onderzocht door elDiario.es. Bijna 120.000 mensen zijn de afgelopen drie maanden aan alle oorzaken overleden. Dit cijfer vertegenwoordigt meer dan 20.000 sterfgevallen boven de verwachte sterfte voor de periode juni-augustus. Het gaat dus om zeer forse oversterfte.
Nog geen twee jaar geleden, in de eerste maanden van de coronapandemie, gingen de zomersterftecijfers niet zo hoog als dit jaar. De sterfte is met 13% gestegen ten opzichte van vorige zomer en zelfs met 18% ten opzichte van 2020, de eerste pandemische zomer zonder coronavaccins. Bovendien moet er rekening mee worden gehouden dat de cijfers nog hoger kunnen zijn, omdat de sterftegegevens voor 2022 nog niet zijn geconsolideerd en er vertragingen kunnen zijn in meldingen aan de overheid.
Een voorlopige hypothese is dat de mRNA-coronavaccins voor deze overwachte oversterfte zorgen.
